In de gracht
waarom op school mijn broek verslijten
en 't topje van mijn bic afbijten
waarom niet al die boeken smijten
in de gracht
de meester heeft mij nooit begrepen
hij is daarvoor veel te benepen
hij staat alleen maar op zijn strepen
en zijn macht
eens heeft hij naar mijn oor gegrepen
maar ik heb toen zijn punt geslepen
dat had hij niet verwacht
hij heeft de hele nacht
al kermend doorgebracht
opdat hij ooit mijn stem zou horen
valt er een gaatje bij te boren
want langs die twee verstopte oren
kan men zijn botheid niet verstoren
't is een echte lul-de-behanger
of toch minstens zijn vervanger
maakt een saaie uitleg langer
maakt de bange jongens banger
hoe kan men aan zijn toekomst bouwen
als men belandt in zulke klauwen
zo'n kerel die alleen kan snauwen
jaar in jaar uit zit te herkauwen
geen wonder dat ik zal ontsporen
ik krijg bij 't minst de wind van voren
nochtans, ik heb wat in mijn mars
maar dat zit hem nu juist zo dwars
waarom op school mijn broek verslijten
en 't topje van mijn bic afbijten
waarom niet al die boeken smijten
in de gracht